-
aburrido
vervelend; saai
-
-
-
-
dar unas vueltas
een paar keer over de kop gaan
-
-
-
-
-
el carné/el carnet
legitimatiebewijs
-
-
-
-
-
-
-
-
el guardarroppa
garderobe
-
-
-
el letrero
bordje met opschrift
-
-
-
-
-
-
-
-
es/me parece
het is/ik vind het
-
esfuerzo
moeite; krachtsinspanning; offer
-
-
-
-
-
-
-
hacer cola
in de rij staan
-
-
la asociación
associatie; genootschap; vereniging
-
la azafata
hostess; stewardess
-
-
la circunstancia
omstandigheid
-
-
-
la entrada
ingang; toegangsbewijs
-
-
la exposición
tentoonstelling
-
-
-
-
-
la pieza
het (museum)stuk
-
-
-
-
-
-
-
la zarzuela
Spaanse operette
-
-
marearse
misselijk worden
-
me da igual
het maakt me niet uit
-
-
-
-
-
-
recostada
achterover geleund
-
sacar entradas
kaartjes kopen
-
-
-
una maravilla/maravilloso
geweldig; prachtig
-
-
-
ya se me ha pasado
het is al over
-
¿que opina sobre ...?
wat vindt u van ...?
-
¿que te parece ...?
wat vind je van ...?
-
a mi modo de ver ...
mijns inziens ...
-
-
-
-
-
-
-
como quieras
zoals je wilt
-
creo que ...
ik geloof dat ...
-
-
-
-
el águila [i](vrouwelijk) [/i]
adelaar
-
el ala [i](vrouwelijk)[/i]
vleugel
-
el ave [i](vrouwelijk)[/i]
vogel
-
-
-
-
-
el hada [i](vrouelijk)[/i]
de fee
-
el haya [i](vrouwelijk)[/i]
de beuk
-
-
-
-
-
-
-
-
en general
over het algemeen
-
en mi opinion ...
naar mijn mening ...
-
estar al tanto
op de hoogte zijn
-
estar convencido
overtuigd zijn
-
estar de acuerdo
het eens zijn
-
estar en el paro
werkloos zijn
-
estoy convencido de que ...
ik ben ervan overtuigd dat ...
-
estoy de acuerdo
ik ben het er mee eens
-
-
-
hacia
in de richting van; naar
-
invertir (ie,i)
investeren
-
-
-
la contaminación
vervuiling
-
-
-
la historieta
stripverhaal
-
la jubilación
pensionering
-
-
-
-
-
-
-
-
los asuntos interiores
binnenlandse zaken
-
-
me parece que ...
ik vind dat ...
-
-
no me gusta nada
ik houd er helemaal niet van
-
-
pienso que ...
ik denk dat ...
-
-
por mí ...
wat mij betreft ...
-
según yo ...
volgens mij ...
-
-
-
-
tener razón
gelijk hebben
-
tengo la impresión de que ...
ik heb de indruk dat ...
-
tienes razon
je hebt gelijk
-
¿a cuánto están ...?
hoeveel kosten ...?
-
¿a quién le toca?
wie is er aan de beurt?
-
¿algo más?
anders nog iets
-
¿como cuánto quiere?
hoeveel wilt u ongeveer?
-
¿cuánto cuestan ...?
hoeveel kosten ...?
-
¿en qué puedo servirle?
waarmee kan ik u van dienst zijn?
-
-
¿puede ser un poquito más?
mag het iets meer zijn?
-
¿que desea usted?
wat wenst u?
-
¿que más quiere?
wilt u verder nog iets?
-
¿que pone aqui?
wat staat hier?
-
a principios de
aan het begin van
-
-
aqui tiene
alstublieft {wanneer je iets overhandigt}
-
-
-
-
comilón (adjetivo)
veelvraat
-
conseguir (i)
erin slagen
-
-
dormilón (adjetivo)
slaapkop
-
doscientos cincuenta gramos
een half pond
-
-
-
el cesto
boodschappenmand
-
-
-
el estanco
winkel voor tabak en postzegels
-
el filete de ternera
kalfslapje
-
-
el jamón serrano
rauwe ham
-
el jamón york
gekookte ham
-
-
-
-
el pastelero
de banketbakker
-
-
el supermercado
supermarkt
-
-
-
-
-
hablador (adjetivo)
kletskous
-
hacer compras
boodschappen doen
-
-
ir de comras
gaan winkelen
-
-
-
-
la chuleta de cerdo
varkenskotelet
-
la dependienta
verkoopster
-
-
-
la fruteria
groentewinkel
-
la lista de compras
boodschappenlijstje
-
-
-
-
la pastelería
banketbakkerij
-
-
-
la tienda de autoservicio
zelfbedieningswinkel
-
la tienda de comestibles
kruidenierswinkel
-
-
la zapatería
schoenenzaak
-
-
litro y medio
anderhalve liter
-
-
-
me toca a mí
ik ben aan de beurt
-
-
-
no, gracias, nada más
nee, dank u, anders niets
-
-
-
-
-
prefiero ...
ik heb liever ...
-
-
protector (adjetivo)
beschermend
-
-
-
sacar una nota
een cijfer halen
-
-
trabajador (adjetivo)
ijverig
-
tres cuartos de ...
drie kwart ...
-
un cuarto de ...
een kwart ...
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
el respaldo
de rugleuning
-
la tertulia
gezellig samenzijn met vrienden
-
-
¿conoce(s) a ...?
kent u (ken je) ...?
-
-
acostumbrado a
gewend aan
-
-
-
buenas noches
goedenavond; goedenacht
-
buenas tardes
goedemiddag
-
-
-
-
-
-
de su/tu parte
dat zal ik doen {su tegen iemand die je met [i]usted[/i] aanspreekt}
-
-
el colegio
middelbare school
-
-
-
-
-
-
-
encantado de conocerle
prettig met u kennis te maken
-
-
éste/ésta es ...
dit is ...
-
éstos/éstas son ...
dit zijn ...
-
hace poco vi a Carmen
onlangs heb ik Carmen gezien
-
hasta el lunes
tot maandag
-
-
-
-
-
-
la señora de limpieza
hulp in de huishouding
-
le/te presento a ...
mag ik u/je voorstellen aan ...
-
llevarse bien
goed met elkaar op kunnen schieten
-
-
-
muy buenas
goedemiddag; goedenavond {informeel}
-
-
-
-
-
recuperar
inhalen (van tijd)
-
referirse (ie,i) a
bedoelen
-
saludos a ...; recuerdos a ...; saludas a ...
-
-
se lava las manos
ze wast haar handen
-
se pone los pantalones
ze doet haar broek aan
-
se quita el abrigo
ze doet haar jas uit
-
-
ser cariñoso
hartelijk zijn
-
ser despistado
verstrooid zijn
-
-
ser tranquilo
rustig zijn
-
tener buen genio
goedmoedig zijn
-
-
tener mal genio
opvliegend zijn
-
tremendamente
verschrikkelijk
-
volver (ue) a verse
elkaar weer zien
-
-
-
el chile relleno
gevulde peper
-
-
-
-
-
el dulce de leche
nagerecht van suiker en melk
-
-
el libro de cocina
kookboek
-
-
-
-
-
está delicioso
het is verrukkelijk
-
está riquísimo
het is overheerlijk
-
-
-
-
la charcutería
winkel voor fijne vleeswaren
-
-
-
-
la editorial
de uitgeverij
-
-
la pesadez
zwaar gevoel in de maag
-
la restriccíon
de beperking
-
la tortilla
(mexicaans) maispannenkoekje
-
-
los entremeses
voorgerechten
-
me apetece
ik heb trek in
-
me trae la carta
mag ik de kaart
-
-
-
puedo pedir
kan ik bestellen
-
que les vaya bien
het ga u goed
-
-
qué me recomienda
wat raadt u me aan
-
qué va a tomar
wat wil je bestellen
-
recomendar (ie)
aanbevelen
-
-
sabe a gloria
het smaakt verrukkelijk
-
se le ocurrío
ze kwam op het idee
-
-
sugerir (ie,i)
suggereren
-
viene con
het wordt gesereveerd met
-
¿como le queda?
hoe zit het (van kleding)?
-
¿no tiene otro mas grande?
hebt u geen grotere
-
¿puedo probarme este?
mag ik dit passen?
-
¿qué número calza?
welke schoenmaat heeft u?
-
¿qué número es?
welke maat (schoenen) is het?
-
¿qué tal me va?
hoe zit het me?
-
¿qué talla es?
welke maat (kleding) is het?
-
¿qué talla tiene?
welke maat heeft u?
-
¿se puede pagar con tarjeta de crédito?
kan ik met een creditkaart betalen?
-
-
-
-
-
calzar
dragen (van schoenen)
-
-
de color azul claro
lichtblauw
-
de color rojo oscuro
donkerrood
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
el hervor
het kookpunt; de agitatie
-
-
el impermeable
de regenjas
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
está rebajado
het is afgeprijsd
-
hay rebajas
het is uitverkoop
-
-
-
-
-
-
la chaqueta
het jasje (colbert)
-
la competencia
de concurrentie
-
-
-
-
-
-
-
la ropa interior
het ondergoed
-
la sección de caballeros
de herenafdeling
-
la sección de señoras
de vrouwenafdeling
-
-
-
lanzarse a
zich storten op
-
-
le va muy bien
het staat u erg goed
-
-
los calzoncillos
de onderbroek
-
los vaqueros
spijkerbroek
-
-
-
-
-
me queda un poco estrecho
hij zit een beetje strak
-
me quedo con éste
ik neem deze
-
-
-
-
-
probarse (ue)
passen (van kleding)
-
quisiera
ik zou graag willen
-
quisiera probarme este
ik zou dit willen passen
-
restaurante de categoria
klasse-restaurant
-
-
-
surgir
opduiken; zich voordoen
-
tiene un descuento del 10%
er gaat 10% af
-
-
vay muy bien con ...
het past erg goed bij ...
-
-
-
a su salud
op uw gezondheid
-
-
a ver si le gusta
ik ben benieuwd of u het leuk vindt
-
acerca de
met betrekking tot
-
acicalamiento
het verzorgen
-
-
-
-
-
-
aprobar un examen
voor een examen slagen
-
-
-
con atención
met aandacht
-
con claridad
met duidelijkheid
-
con dificultad
met moeite
-
con elegancia
met sierlijkheid
-
con exactitud
met nauwkeurigheid
-
-
con tranquilidad
met rust
-
-
-
el aspecto físico
het uiterlijk
-
-
-
el gerente
de bedrijfsleider
-
-
-
-
-
-
-
-
el pelo rizado
krullend haar
-
enhorabuena
gefeliciteerd {bij examens, geboorte, huwelijk}
-
-
-
-
espero que le guste
ik hoop dat u het leuk vind
-
estar a régimen
op dieet zijn
-
esto es para usted
dit is voor u
-
-
felicidades por su cumpleaños
gefeliciteerd met uw verjaardag
-
-
-
-
-
hoy es mi cumpleaños; cumplo años hoy
ik ben vandaag jarig
-
-
-
la indiscreción
de onbescheidenheid
-
-
la sospecha
het vermoeden
-
la zapatilla
de sportschoen
-
-
le he traído un regalo
ik heb een cadeautje voor u meegebracht
-
me llevas cuatro años
je bent 4 jaar ouder dan ik
-
-
no faltaba mas
maar natuurlijk
-
no lo aparentas
dat is je niet aan te zien
-
-
pasarlo bien
plezier hebben
-
-
-
-
-
-
-
-
se lo agradezco mucho
hartelijk bedankt
-
tener en común
gemeen hebben
-
tener ganas de
zin hebben om
|
|